Door de versoepelde regels van de overheid is het voor pensioenfondsen tijdelijk mogelijk om de pensioenen te verhogen. Een pensioenfonds mag de pensioenen verhogen als:
- de beleidsdekkingsgraad minimaal 105% is én
- de actuele dekkingsgraad niet lager dan 105% is en door de verhoging ook niet lager dan 105% wordt én
- het pensioenfonds verwacht de opgebouwde pensioenen mee te verhuizen naar het nieuwe pensioenstelsel.
Hoe dit precies zit, leggen we hieronder aan u uit.
Beleidsdekkingsgraad is gestegen
De dekkingsgraad van het pensioenfonds laat sinds het begin van dit jaar een goede stijging zien. Dat komt vooral doordat de rente is gestegen. Als de dekkingsgraad stijgt, gaat ook de beleidsdekkingsgraad omhoog. De beleidsdekkingsgraad is de gemiddelde dekkingsgraad over de afgelopen 12 maanden. Omdat beide dekkingsgraden hoog genoeg zijn, hebben we financiële ruimte om uw pensioen te verhogen. Bij het nemen van dit besluit gingen we uit van de (beleids)dekkingsgraad 31 oktober 2022. Onze actuele dekkingsgraad was toen 114,6%.
Onze verwachting: we verhuizen de opgebouwde pensioenen mee naar het nieuwe pensioenstelsel
We verwachten de opgebouwde pensioenen mee te verhuizen naar het het nieuwe pensioenstelsel. Sociale partners (werkgevers- en werknemersorganisaties) hebben deze verwachting uitgesproken.
Voordelen en nadelen voor iedereen op een rijtje
Het bestuur moet een evenwichtig besluit nemen. Dat betekent dat we de voor- en nadelen voor álle deelnemers (deelnemers, oud-deelnemers en gepensioneerden) meenemen bij ons besluit. Het bestuur heeft die voor- en nadelen op een rijtje gezet en meegenomen in haar afwegingen. De belangrijkste overwegingen zijn:
- Het fonds heeft de ambitie om de pensioenen te verhogen als dat mogelijk is.
- Het fonds heeft de pensioenen al langere tijd niet kunnen verhogen omdat de financiële positie niet goed genoeg was.
- De inflatie is hoog. Doordat de prijzen stijgen, wordt geld minder waard.
- Het bestuur vindt het passend en evenwichtig om de financiële ruimte die er nu is te gebruiken om de pensioenen voor alle deelnemers met hetzelfde percentage te verhogen. Daarbij is ook gekeken naar de effecten van de verhoging voor de verschillende deelnemersgroepen en leeftijden.
Gevolgen voor de korte én lange termijn in beeld
Het bestuur heeft voor iedereen gekeken naar de gevolgen op korte én de langere termijn. Het verhogen van de pensioenen is nú voor alle deelnemers positief. Het pensioen gaat namelijk voor iedereen met 3,2% omhoog. Maar door het verhogen van de pensioenen daalt onze dekkingsgraad.
Berekeningen
Om de gevolgen van de verhoging voor de langere termijn in beeld te krijgen, hebben we verschillende berekeningen gemaakt. Bij die berekeningen maken we onderscheid naar leeftijdsgroepen. In deze grafiek ziet u de invloed van de verhoging per leeftijdsgroep.
Door de verhoging van de pensioenen met 3,2%, daalt het pensioenresultaat voor een 25-jarige deelnemer met circa 1%. Voor een 75-jarige deelnemer stijgt het pensioenresultaat met circa 2%. Per saldo zorgt de verhoging van de pensioenen dus tot een beperkte verschuiving tussen de verschillende leeftijdsgroepen.